Ze voelt nog de gedwongen dwang, de onderwerping en gaat het gevecht aan met de tijd. Soms vecht ze dan en hoopt, en begrijpt ze dat alles routine is. Dat ze verloren dromen niet meer kan vangen en vasthouden, maar dat alles wat ze schrijft, blijft en slechts HAAR herinneringen zijn.
Ik ben de zee
Ik ben de zee
ik zie de zon in mij
weerkaatsen haar vuur
dat ik koel
Zij vermoedt mij niet
haar te bedaren
maar ik weet beter
dat ze me verlaat
wanneer ik van haar
koelen moet.
Ik ben de zee
en niet de zon.
Blz. 39
Tot slot gaat de wind liggen aan zee, dan is de rust over de dichteres gekomen en geniet ze van de meeuwen die de lucht doorkuisen.
Ingrid Lenaerts laat ons een reis maken door haar denken en haar woorden, wij kunnen er enkel van genieten. Minpuntje aan de bundel is dat de blanco bladzijde genummerd zijn wat ontsiert.
|