Wanneer haar man Daan met een hartinfarct in het ziekenhuis belandt, steekt de werkzoekende Greet zelf -onbezoldigd- de handen uit de mouwen om zijn vertaalbureau draaiend te houden. Wanneer ze dan nog door een pijnlijk toeval haar auto kwijtraakt, is ze voor haar verplaatsingen van en naar het ziekenhuis aangewezen op het openbaar vervoer. Zoals zo dikwijls gebeurt in Antwerpen, geraakt ze in de bus in gesprek met verschillende mensen. Dit geeft haar de kans om zich te bezinnen over een aantal zaken zoals de verhouding tussen man en vrouw, liefde en vriendschap, eerlijkheid en bedrog, schijn en werkelijkheid, het feit dat elke generatie zijn eigen dogma's en taboes lijkt te hebben, de zin van het werken en van het leven in het algemeen. Door het huishouden, de vertalingen, de bezoeken aan Daan enz. wordt haar leven precies in deze periode heel druk maar ze kan gelukkig terugvallen op haar ex-collega en vriend Frans. Tot deze op zijn beurt een hartinfarct krijgt...
In dit boek is Jessy Maesen erin geslaagd een gewone vrouw te portretteren, een vrouw waarin bijna iedereen zichzelf zal herkennen. De (soms diepzinnige) vragen die Greet zichzelf stelt (en die grotendeels onbeantwoord blijven) heeft iedereen zich wel eens gesteld. Maesen bewijst dat ze haar onderwerp beheerst, de uittekening van de personages is zeer realistisch en de dialogen levendig. Een vlot lezend, sfeervol, en toch nooit melodramatisch boek, waarin elk woord zijn belang heeft.
Alleen jammer dat de achterflap niet deugt. Een vriendin had mij het boek aangeraden, en echt... toen ik de achterflap las, dacht ik 'Is het dat maar?'.
En dan stonden er nog fouten in die tekst!
Gelukkig is de roman van een veel grotere kwaliteit, zowel wat betreft de inhoud als de stijl!
|