Boekenfiche

Titel:
Een naald zonder oog
Auteur:
Edith Oeyen
Uitgeverij:
KVLS
Jaar:
2009
ISBN:
978-90-8003-020-6

Besprekingen

Klik hier om een reactie te plaatsen.

Thierry Deleu
De knieprothese als ondertitel van een gedichtenbundel. Het verdict, de operatie, het verblijf in het ziekenhuis, de revalidatie als bronnen van inspiratie. Het lijkt mij zoiets als het kappen van een ruwe steen tot hij kubiek wordt. Hij krijgt een nieuwe vorm, maar de inhoud blijft gelijk.



Een naald zonder oog is een multifunctionele bundel: een relaas, een dagboek, een handleiding voor lotgenoten.
Op meesterlijke wijze analyseert de dichteres wat haar overkomt. Ook in Een naald zonder oog is dat de drijfveer van haar schrijven: overleven! Zij doet dit altijd op een diep doorleefde manier, authentiek, niet aangedikt, geen pose, tegen een sober decorum. Een naald zonder oog straalt zoveel persoonlijkheid uit, lees: morele moed, die nergens wordt verstoord door opgeklopte ontroering.
Ook nu brengt zij op een verfijnde wijze verslag uit van haar medisch avontuur.
De titel van haar bundel, Een naald zonder oog, deed mij bij een eerste lezing niet nadenken, zelfs geen frons, tot ik in een eerste versie van mijn recensie de titel las als: Het oog van een naald. Door het oog van een naald kruipen: nauwelijks aan een gevaar ontkomen, net goed afgelopen, op het nippertje. Zeg nu zelf: zijn dit niet de juiste woorden om te zeggen dat de kapotte knie is hersteld, dat de knieprothese goed is geplaatst?

De bundel kunnen wij indelen in twee delen:




Bij het lezen van de meeste gedichten word je stil, doodstil. Hoe vaak en hoe diep moet zij zich over deze specifieke gebeurtenis in haar leven gebogen hebben om dit zo intens te kunnen verwoorden. Wat zo simpel lijkt, en haar zo groot maakt is als dichter, is de wijze waarop zij voortdurend het geleefde leven condenseert in versregels.




wilde een vlinder omarmen
die opvloog
blz. 29
terwijl zijn zachte stem
een lied in haar liet zingen
blz. 41
droefheid weent

blz. 50

die huivert
als iemand een traan verpinkt
blz. 65

Wat mij eveneens opvalt, is de zorg waarmee Edith Oeyen elk gedicht en de volledige gedichtenbundel opbouwt. Ik wees hierboven al op de structurering, maar er is meer: op het einde van elk gedicht slaat zij een brug naar de werkelijkheid buiten haar, naar de natuur, de wereld van gezonde mensen. Deze eindverzen geven het gedicht niet alleen een pointe, maar zij zorgen vooral voor breedbeeld, een venster op, een verankering in de wereld van de lezer.
Enkele voorbeelden:
blz. 9: de avond daalt reeds/in de verte
blz. 17: de winter is nog veraf/dan volgen vleugels vol sneeuw/en dromen kinderen van spelen.
blz. 19: het weiland in de verte/draagt nog steeds een groene kleur.
blz. 21: opwaarts vliegt een vogel/die naar vrede smacht.
blz. 22: met jonge tederheid/omarmt ergens moeder/een kind dat lacht.
blz. 24: de nacht heeft in stilte/dauw op het gras gelegd.
blz. 25: de dood is een witte vlinder/die geurt naar nacht.
blz. 33: schaamteloos loopt een vos/door de donkere nacht onhoorbaar haast/likt hij zijn lippen.
blz. 35: het was hopeloos tasten naar jong mos.
blz. 45: het is al te lang wintertijd geweest.


Hoeveel duisternis
moest ze doorstaan
vooraleer ze weer rozen zag

bezoekers waren
soms als een profeet
elk had zijn verhaal
vertelde over lange tijd
vertelde over hoe het moest

pijnstillers
pijnstillers

ze telde de strepen op de muur
voelde zich verstrikt
in een lus vol twijfels

trachtte de boosdoener te ontmaskeren
maar hoe dan ook
het was een naald zonder oog
een nacht zonder licht

het was hopeloos tasten naar jong mos

Edith Oeyen is een dichteres die met gevoelens om kan. Ook wanneer zij nauw betrokken partij is, overstijgt zij haar eigen wereld.
Warm aanbevolen.

Reactie:
Op 6/5/2009 reageerde Josiane Moens met:
Een prachtige bundel!


Reactie plaatsen:

Naam:
E-Mail:

Reactie:

© Copyright 1997-2024 Idee Software - Alle rechten voorbehouden